Er is eens een wetenschappelijk experiment met vissen gedaan.
Steeds werd een (ontspiegelde) glasplaat tussen voedsel voor de vis en de vis zelf gezet.
Iedere keer als de vis het voedsel wilde pakken, stootte hij tegen de glasplaat aan en dat leverde pijn aan de vissenneus op.
Na verloop van tijd hield de vis vanzelf op met proberen het voedsel te pakken en zelfs als de glasplaat werd weggehaald, nam de vis het voedsel niet meer en hongerde uit, zelfs terwijl er voeding in overvloed vlakbij was.
Zo gaat het ook vaak met onze programmeringen.
We hebben vaak niet in de gaten dat we in de loop van ons leven sterk zijn geconditioneerd en onszelf beperken met veel conditioneringen. Als we vroeger keer op keer onze neus hebben gestoten, denken we nu nog steeds:
‘Het lukt toch niet, dit is niet voor mij weggelegd, ik kan het niet, weet het niet, mag het niet, dit is te moeilijk, mijn omstandigheden laten dit nooit toe.’ enzovoort.
We zijn om wat voor reden dan ook in het verleden tot bepaalde conclusies gekomen en we testen of controleren niet meer of onze bevindingen van toen nog steeds gelden in het nu.
Als het veronderstellingen zijn die een positief effect hebben en opbouwend werken in ons leven, dan is er niets aan de hand. Als het echter conclusies zijn die ons naar beneden halen en belemmeren in onze ontwikkeling en welvaart, is het van belang om ze op waarheid te onderzoeken.
We hebben als kind onbewust en onbedoeld bepaalde conclusies getrokken door specifieke ervaringen. Bijvoorbeeld: ‘Alleen als ik zwak, ziek en hulpbehoevend ben, krijg ik aandacht en liefdevolle zorg.’ Deze conclusie heeft slachtoffergedrag tot gevolg. Dit kan een overlevingssysteem worden. Het kind ervaart blijkbaar de macht die het geeft om ziek te zijn. Als deze conclusie niet bevraagd wordt en het kind neemt dit patroon van slachtoffergedrag mee gedurende het leven, werkt dit patroon tegen hem. Het is verhard tot een constante staat van machteloosheid en afhankelijkheid.
Mensen vinden deze persoon vaak een zeur, een klager, iemand die altijd jengelt en wat heeft. Deze volwassene reageert niet vanuit kracht, geestelijke volwassenheid en authenticiteit, maar vanuit het gekwetste kind-patroon.
Of: ‘Alleen als ik me heel lief, aangepast, onopvallend en netjes gedraag, dan hoor ik er bij.’ Deze overtuiging heeft tot gevolg dat woede onderdrukt wordt en dat de gezonde agressie verdrongen wordt. De ware kracht van deze persoon komt niet tot uitdrukking en is verstopt achter een masker van sociaal aangepast gedrag, conflictvermijding en draaien om de hete brij heen. Mensen voelen deze incongruentie aan en krijgen nauwelijks echt verbinding met deze persoon. Iemand met dit patroon, daar kun je moeilijk hoogte van te krijgen, is vaag, onduidelijk en durft niet concreet te vragen wat hij wil, voorziet in eigen behoeften door te manipuleren.
Wij kunnen onze onbewuste denkpatronen die ons verhinderen te ontplooien en te groeien, onze kind-kwetsuren en verjaarde conclusies op het spoor komen, bewust maken en transformeren naar opbouwende denkpatronen en opbouwend gedrag. We kunnen de oude overtuigingen vervangen voor gedachten en waarden die nu gelden en helpen ons potentieel te vervullen, het beste uit onszelf te halen.
We mogen onze schaduwkanten (h)erkennen en integreren.
Onze wond mogen we transformeren naar verwondering,
onze zwakke plekken naar onze krachtbron.
Graag help ik je bij deze zoektocht,
dit schaduw-, licht- en helingswerk,
Jacqueline de Weerd
Hoewel in het dagelijks leven nuttig, is het soms beter om je referentiekader opzij te zetten.
Dankjewel!